» direct naar zoek en menu

Tijdschrift voor webwerkers » Artikel #42

Online at the frontline - Oorlogsverslaggeving op internet

De aanval op Irak is begonnen en internet verkeert in oorlogsmodus. Speciale webadressen zijn van te voren geregistreerd, extra servers gereserveerd en de interactieve illustraties gemaakt in Flash kunnen eindelijk online. De Tweede Golfoorlog moet de definitieve doorbraak worden voor internet als nieuwsmedium. En als het even kan voor weblogs in het bijzonder.

Het is zaterdag en ik maak mijn wekelijkse ronde langs diverse nieuwssites en weblogs. Ik selecteer links naar de artikelen, sites en online popcultuur die ik opmerkelijk vind en zet ze bij elkaar op de homepage van mijn site. Enerzijds als voorwerk zodat ik weer helemaal op de hoogte ben, anderzijds omdat ik het prettig vind om een soort nieuwslog op mijn site te hebben. Ik zou zo’n site zelf ook bezoeken; ik ben een groot fan van nieuwsoverzichten en van de wekelijkse frequentie. Ik stuur de links ook per mail naar een honderdtal mensen die zich daarvoor hebben opgegeven. Kennissen, contacten, maar ook andere journalisten. Afgelopen weekend stond mijn selectie in het teken van de aanval op Irak.

In een crisissituatie is de honger naar informatie van het publiek groot. Het zijn de momenten waarop een medium zich kan bewijzen. Radio deed dat in de Tweede Wereldoorlog. Televisie in Vietnam. En kabeltelevisie in de Eerste Golfoorlog. Op 11 september 2001 kreeg internet een onverwachte overhoring en haalde een voldoende. Nu de langverwachte aanval op Irak is begonnen, is het eindexamen aangebroken.

Je kunt zien dat veel grote nieuwssites zich hadden voorbereid. De eerste bommen op Bagdad waren nog niet ontploft of de Irak-dossiers stonden al online. Daar is internet goed in, dossiers. Het laatste nieuws, achtergrondinformatie, fotocollages, kaarten van de regio, videofragmenten, soms zelfs een live feed afkomstig van tv en alles overzichtelijk bij elkaar op een aparte pagina. Heerlijk. Aanvalopirak.nl van de gezamenlijke omroepen is het beste Nederlandse voorbeeld. De manier waarop de Volkskrant de oorlog semi-interactief in beeld brengt, verdient trouwens een eervolle vermelding.

Ik heb de hele dag CNN aan staan. Op de momenten dat ik ook daadwerkelijk kijk, merk ik dat ik de behoefte heb op naar beneden te scrollen. Ik wil namelijk weten wat het verloop van de oorlog is, terwijl CNN continu als een draaimolen louter ‘the best of’-beelden lijkt uit te zenden. Beelden waarvan niet meer duidelijk is of ze van een uur geleden zijn of van gisteren. Hier is internet beter in. De War Tracker van CNN is een aardig voorbeeld. Je vindt er dagelijks een bondige briefing over de gang van zaken die je kunt raadplegen wanneer jij wilt. En dan zijn daar nog de weblogs.

Weblogs zijn een beetje een verhaal apart. In sommige kringen wordt discussie gevoerd of weblogs een nieuwe vorm van journalistiek zijn. Niet echt. De weblog is een format. Een manier van informatie aanbieden die doorgaans annotatief (links i.p.v. eigen nieuwsgaring) is, chronologisch en selectief. Het fenomeen komt voort uit fanatieke internetgebruikers die op hun site verslag doen van hun dagelijkse surftochten. Hierin leggen ze links naar andere sites en pagina’s die zij opvallend vinden, voorzien van kort commentaar. Ze voeren als het ware een persoonlijke redactie over internet die interessant kan zijn voor internetgebruikers die niet de hele dag online zijn. Sommige webloggers volgen het nieuws, andere zijn alleen maar op zoek naar gratis plaatjes van blote vrouwen. Weblogs zijn niet per definitie journalistiek maar kunnen door journalisten worden gebruikt.

Ik kwam verschillende interessante weblogs gewijd aan de oorlog tegen. Die van Jeff Jarvis bijvoorbeeld. Jarvis volgt de oorlog op internet op de voet en linkt elke dag naar alles wat hij het lezen of bekijken waard vindt. En ik kan mij heel erg vinden in zijn selectie. Een andere soort weblog is die van luitenant Smash. Deze Amerikaanse militair gelegerd in de regio houdt een dagboek bij: “Saddam fired a couple of those Scuds that he doesn't have at me this afternoon. He missed.” Zijn toon is nogal gung-ho en de inhoud zal vast gescreend worden, maar zijn blog geeft inzage in het dagelijks leven van een actieve soldaat op een manier die ik op geen enkel ander medium eerder ben tegengekomen.

De grote nieuwsorganisaties zijn voor hun nieuwsgaring afhankelijk van de Amerikaanse regering. Journalisten hebben contracten moeten ondertekenen waarin staat waar ze wel en niet verslag van mogen doen. Anders wordt hen geen medewerking verleend. Weblogs van onafhankelijke journalisten ter plaatse zouden een alternatief kunnen vormen. Het is levensgevaarlijk werk, maar zou het publiek de gelegenheid bieden ongecensureerde informatie uit de eerste hand te verkrijgen. Zulke warblogs zouden laten zien waar internet echt toe in staat is en traditionele media voorbij streeft. En uitgerekend deze weblogs, welgeteld twee noemenswaardige experimenten, stellen teleur. Kevin Sites heeft afgelopen vrijdag de verslaggeving op zijn weblog gestaakt, naar verluidt op verzoek van zijn werkgever CNN. En voormalig AP-verslaggever Christopher Allbritton is nog steeds geld aan het inzamelen om zijn reis naar Irak te kunnen betalen. Als hij niet uitkijkt is de oorlog al voorbij voordat hij arriveert.

Is internet geslaagd voor zijn eindexamen? Ik zou zeggen dat het deze slag heeft gewonnen. Maar de oorlog is nog niet voorbij.

Auteur

Erwin van der Zande

is internetpublicist en freelance copywriter. Voor wie en wat allemaal is een beetje een lang verhaal.

Publicatiedatum: 24 maart 2003

Let op

Naar Voren is op 18 juli 2010 gestopt met publiceren. De artikelen staan als een soort archief online. Het kan dus zijn dat de informatie verouderd is en dat er inmiddels veel betere of makkelijkere manieren zijn om je doel te bereiken.

Copyright © 2002-heden » NAAR VOREN en de auteurs